vrijdag 13 juni 2014

WEG

Als poldermeisje hou ik van leegte. Van eindeloze vergezichten en open vlaktes. Het vrijwel altijd lege parkeerdek van The Wall vind ik niet desolaat maar juist aangenaam. Lekker, zoveel open ruimte. Denkruimte. Openheid. Perspectief.
  Ook binnen in The Wall is nog een zee van ruimte waar niets mee gebeurt. Alle mogelijkheden liggen nog open. Het zou een restaurant kunnen zijn, een winkel, een fitnesscentrum. Of misschien wel een hotel, zoals theatergezelschap Het NUT doet geloven in hun voorstelling WEG, een verhaal over reizen, grenzen en vreemdelingen. Over ontdekkingsreizigers, zeilmeisje Laura en en de grenzen van Europa. Over nieuwsgierigheid en de angst voor de het onbekende. Over de mooie dromen uit de reisbrochure en de scherpe randjes van de werkelijkheid.
  Het hotel had een binnentuin als een dorpsplein, waar aan lange tafels gegeten werd. Ook hier werden de grenzen opgezocht, en geslecht. Ik leerde twee vreemdelingen kennen die om de hoek bleken te wonen. En at mijn eerste sprinkhaan. 
  De leegte van The Wall bleek een prachtige bestemming, met uitzicht op de A2 en een fijne zonsondergang. Na het eten lagen we ontspannen op een hotelbed met een zacht kussen en de bijbel binnen handbereik. Of leek het toch meer op de rij bedden op een vol strand, in een nachtopvang of mischien wel in een vluchtelingenkamp? De leegte laat alle visioenen toe. Mijn hoofd maakte een reis die veel verder ging dan The Wall.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten